Huisdier thuis
Marrons, ontsnapt aan slaven die vaak in geïsoleerde en bergachtige regio's woonden, vertrouwden zwaar op jagen op wilde dieren voor voedsel. De bossen die ze bewoonden, zorgden voor een verscheidenheid aan spel die hun gemeenschappen in stand hielden. Hier zijn enkele van de wilde dieren die Marrons gewoonlijk hebben gejaagd en geconsumeerd:
1. Herten:hertensoorten zoals witstaartherten waren vaak overvloedig in de bossen en waren een basisvoedselbron voor marrons.
2. Wilde varkens:wilde varkens, inclusief wilde varkens en peccaries, waren in veel gebieden aanwezig en zorgden voor een belangrijke bron van vlees.
3. Konijnen en hazen:deze kleine zoogdieren werden op grote schaal gejaagd voor hun zachte vlees.
4. WAARSBOONS:wasberen waren een ander algemeen gejaagde dier vanwege hun overvloed en de veelzijdigheid van hun vlees.
5. Opossums:Marrons consumeerden ook opossums, die bekend staan om hun vermogen om te overleven in verschillende omgevingen.
6. Wild Turkije:wilde kalkoenen werden vaak opgejaagd voor hun vlees en veren, die ook konden worden gebruikt voor kleding en decoratieve doeleinden.
7. kwartel:kwartelsoorten, zoals Bobwhites, waren overvloedig en zorgden voor een bron van eiwitten.
8. Vissen en schelpdieren:Marrons die toegang hadden tot rivieren, meren of kustgebieden, vulden hun dieet aan met vis, schelpdieren en andere waterdieren.
9. Klein spel:Marrons jaagde ook op kleinere dieren zoals eekhoorns, gordeldieren en groundhogs voor voedsel.
10. Slangen en hagedissen:in sommige gevallen kunnen marrons slangen en hagedissen consumeren als onderdeel van hun overlevingsstrategieën.
Het is belangrijk op te merken dat de beschikbaarheid van specifieke wilde dieren varieerde op basis van de geografische locatie van de kastanjebruine gemeenschappen en de ecosystemen waarin ze woonden.