Huisdier thuis
Zoetwatervissen worden geconfronteerd met een constante uitdaging:hun lichaam is meer geconcentreerd met opgeloste zouten dan het omringende water. Dit betekent dat water de neiging heeft om * in * hun lichaam te stromen, waardoor ze opzwellen. Om dit te overwinnen, hebben ze verschillende mechanismen ontwikkeld om de waterbalans te behouden:
1. Heel weinig water drinken: In tegenstelling tot zoutwatervis, drinkt zoetwatervissen heel weinig water. Ze vertrouwen eigenlijk op het water dat hun lichaam binnenkomt door osmose.
2. Grote hoeveelheden verdunde urine produceren: Om van overtollig water af te komen, produceren zoetwatervissen grote hoeveelheden zeer verdunde urine. Dit helpt overtollig water weg te spoelen en hun zoutconcentratie te behouden.
3. Actief absorberen zouten: Zoetwatervis absorbeert actief zouten uit hun omgeving door hun kieuwen. Dit helpt hen om de verloren zouten die verloren door urine verloren te vullen en hun interne zoutniveaus te behouden.
4. Gespecialiseerde cellen in kieuwen: Hun kieuwen hebben gespecialiseerde cellen genaamd chloridecellen Dat pompt actief zouten uit het water in de bloedbaan, waardoor de zoutabsorptie verder wordt verbeterd.
5. Beperkt oppervlak: Zoetwatervissen hebben een kleiner oppervlak in vergelijking met zoutwatervissen, waardoor de hoeveelheid water wordt verminderd die hun lichaam door osmose kan binnenkomen.
Deze mechanismen werken samen om ervoor te zorgen dat zoetwatervissen een stabiele interne omgeving behouden, ondanks de constante instroom van water uit hun omgeving.