Huisdier thuis
1. Klein, cilindrisch lichaam: Mollen zijn kleine, gravende zoogdieren met cilindrische lichamen. Ze variëren in grootte van 4 tot 8 inch lang en wegen slechts enkele gram.
2. Bont: Mollen hebben zachte, dichte vacht die typisch donkerbruin of zwart van kleur is. Hun vacht helpt hen te beschermen tegen kou en vuil terwijl ze ondergronds tunnelen.
3. Brede, schopachtige voorpoten: Mollen hebben grote, brede voorpoten die goed zijn aangepast om te graven. Deze voeten hebben lange, scherpe klauwen die ze gebruiken om door de grond te graven.
4. Kleine ogen en oren: Mollen hebben zeer kleine ogen en oren, die vaak worden bedekt met bont. Ze vertrouwen voornamelijk op hun gevoel van aanraking en geur om door hun ondergrondse omgeving te navigeren.
5. Lange, puntige snuit: Mollen hebben lange, gerichte snutters die ze gebruiken om door de grond te duwen. Hun snutters zijn bedekt met sensorische haren die hen helpen insecten te detecteren en andere kleine dieren die in de grond leven.
6. Lange staart: Mollen hebben lange, dunne staarten die hen helpen om ondergronds te navigeren. Ze gebruiken hun staarten om de muren van hun tunnels te voelen en zich te schrap tijdens het graven.
7. Solitair: Mollen zijn solitaire dieren die meestal alleen leven. Ze komen alleen samen om te paren tijdens het broedseizoen.
8. Insectivoren: Mollen zijn insectivoren, wat betekent dat ze voornamelijk insecten eten. Ze gebruiken hun lange snuiten om door de grond te graven en vinden insecten om te eten.
9. Goede zwemmers: Mollen zijn goede zwemmers en kunnen lange tijd onder water blijven. Ze gebruiken hun sterke voorpoten om door het water te zwemmen.
10. Aanpassingen voor graven: Mollen zijn goed aangepast voor het graven van ondergronds. Ze hebben sterke spieren, brede voorpoten en een gestroomlijnd lichaam waarmee ze gemakkelijk door de grond kunnen bewegen.