Huisdier thuis
Virussen worden niet beschouwd als in een van de zes koninkrijken van het leven, omdat ze veel van de kenmerken missen die levende organismen definiëren. Ze hebben geen cellen, kunnen zich niet alleen voortplanten en hebben geen metabolisme. Virussen zijn in wezen alleen genetisch materiaal omgeven door een eiwitlaag. Ze kunnen alleen repliceren in de cellen van andere organismen, en ze zijn niet in staat tot een onafhankelijk bestaan.
Bovendien zijn virussen niet samengesteld uit cellen, wat een fundamenteel kenmerk is van alle levende organismen. Ze missen de complexe organisatie en interne structuren in cellen, zoals organellen en membranen. In plaats daarvan bestaan virussen uit een eenvoudige eiwitlaag die een kern van genetisch materiaal omsluit, hetzij DNA of RNA.
Bovendien hebben virussen niet het vermogen om essentiële levensprocessen zoals metabolisme en groei uit te voeren. Ze vertrouwen op de gastheercel om de nodige bronnen en machines te bieden voor hun replicatie. Virussen kapen in wezen de machines van de gastheercel om kopieën van zichzelf te produceren, en ze dragen niet bij aan de algehele groei of ontwikkeling van het gastorganisme.
Virussen zijn ook uniek omdat ze niet reageren op externe stimuli op dezelfde manier als andere levende organismen. Ze missen het vermogen om te voelen en te reageren op veranderingen in hun omgeving, en ze vertonen geen tekenen van bewustzijn of bewustzijn.
Vanwege deze fundamentele verschillen in hun structuur, functie en gedrag worden virussen niet geacht te behoren tot een van de zes koninkrijken van het leven. Ze worden vaak aangeduid als "niet-cellulaire entiteiten" of "obligate parasieten" om hun afzonderlijke aard te benadrukken.