Huisdier thuis
Smilodon was een geslacht van sabeltandkatten dat in Amerika leefde van het late Mioceen tot het laat-Pleistoceen (ongeveer 2,5 miljoen tot 10.000 jaar geleden). Er worden drie soorten herkend:Smilodon gracilis, Smilodon fatalis en de typesoort Smilodon populator.
Smilodon was een grote, krachtige kat. De grootste soort, de Smilodon-populator, was ongeveer 1,2 meter hoog bij de schouder en woog tot 280 kilogram. Smilodon was zwaar gebouwd, met korte, gespierde ledematen en een lange staart. Zijn vacht was typisch geelbruin of roodbruin van kleur, met donkere vlekken of strepen. Het meest onderscheidende kenmerk van Smilodon waren de langwerpige, dolkachtige bovenste hoektanden. Deze tanden waren tot 28 centimeter lang en konden worden gebruikt om diepe, doordringende wonden toe te brengen.
Smilodon was een toproofdier en aasde op grote zoogdieren zoals mammoeten, mastodonten, gigantische grondluiaards en bizons. Er wordt gedacht dat Smilodon jaagde door zijn prooi vanuit dekking in een hinderlaag te lokken en vervolgens zijn krachtige kaken en hoektanden te gebruiken om te doden. Smilodon was waarschijnlijk een sociaal dier en leefde in groepen van wel twintig individuen. Welpen werden blind en hulpeloos geboren, maar konden tegen de tijd dat ze twee jaar oud waren volledig onafhankelijk worden.
Smilodon stierf ongeveer 10.000 jaar geleden uit, aan het einde van het Pleistoceen. De oorzaak van het uitsterven ervan is nog niet volledig bekend, maar het kan te wijten zijn aan een combinatie van factoren, zoals klimaatverandering, concurrentie van andere roofdieren en jacht door mensen.