Huisdier thuis
Giraffen hebben een unieke tandheelkundige opstelling waarmee ze op bladeren en ander plantmateriaal kunnen grazen. Ze hebben in totaal 32 tanden, waaronder 4 snijtanden, 12 premolaren en 16 kiezen. De snijtanden bevinden zich aan de voorkant van de mond en worden gebruikt voor het bijten van bladeren en twijgen. De premolaren en kiezen bevinden zich aan de achterkant van de mond en worden gebruikt voor het malen van voedsel.
Giraffen hebben een diastema of ruimte, tussen hun snijtanden en premolaren. Met deze ruimte kunnen ze bladeren en twijgen met hun tong vasthouden en in hun mond trekken. De tong van de giraf is lang en grijpbaar en kan tot 18 centimeter uit zijn mond reiken.
Giraffen hebben ook een speciaal weefselpad genaamd de "Palatal Papillae" op het dak van hun mond. Dit pad helpt hen om bladeren en twijgen te grijpen en te scheuren.
Het gebit van de giraf is zeer geschikt voor hun herbivore dieet. Ze kunnen grazen op verschillende planten, waaronder bladeren, twijgen, knoppen en fruit. Van giraffen is ook bekend dat ze botten en geweien eten, wat hen helpt calcium en andere mineralen te verkrijgen.