Huisdier thuis
De functie van het zeepaardje is vergelijkbaar met die van andere visogen. Zeepaardjes hebben twee ogen op de bovenkant van hun hoofd, wat hen een breed gezichtsveld geeft. Elk oog kan onafhankelijk bewegen, waardoor het zeepaardje tegelijkertijd in twee verschillende richtingen kan kijken. Dit helpt hen om hun omgeving te scannen op voedsel en potentiële roofdieren.
In tegenstelling tot de ogen van de meeste andere vissen, zijn zeepaardjes ogen aangepast voor monoculair zicht. Dit betekent dat elk oog zijn gezichtsveld afzonderlijk waarneemt, en de hersenen combineren alleen de beelden van beide ogen om in bepaalde situaties een enkel binoculair beeld te creëren, zoals bij het volgen van snel bewegende prooi.
Hier zijn enkele belangrijke functies van het zehorse -oog:
Visie en beeldvorming :Het hoornvlies breken licht en de lens helpt het verder te concentreren op het netvlies. De IRIS regelt de grootte van de leerling voor het aanpassen van lichtniveaus. Lichtgevoelige fotoreceptorcellen:het netvlies van het zeepaardje bevat staven om vorm en beweging in laag licht waar te nemen en kegels voor het onderscheiden van kleuren in fel verlichte gebieden.
Diepte perceptie :Zeepaarden nemen voornamelijk de beweging van objecten in de buurt of potentiële vijanden waar en gebruiken monoculaire visie voor het schatten van korte afstanden op basis van het beeld van één oog tegelijk.
Roofdierdetectie :Monoculair zicht verbetert zijn vermogen om kleine en bewegende objecten te zien en snel te lokaliseren, inclusief roofdieren in de buurt
camouflage :Zeepaarden vertrouwen op camouflage. Dus een zeer gedetailleerde gezichtsscherpte is niet hun eerste eigenschap in vergelijking met het feit dat ze snel bedreigingen of geschikte prooi onder verschillende hoeken kunnen zien door monoculair zicht