Huisdier thuis
1. Virussen zijn geen cellen. Ze hebben geen celmembraan, cytoplasma of kern. In plaats daarvan bestaan ze uit een eiwitlaag die een kern van genetisch materiaal omsluit.
2. Virussen kunnen zich niet alleen voortplanten. Ze moeten een levende cel infecteren om te repliceren. Eenmaal in een cel gebruikt het virus de machines van de cel om kopieën van zichzelf te maken.