Huisdier thuis
Biotische factoren:
* prooiensoorten: Afrikaanse wilde honden jagen voornamelijk op middelgrote niet-grootte, zoals Impala's, Gazelles en Wildebeest. Het is ook bekend dat ze jagen op kleinere dieren zoals hazen en knaagdieren.
* concurrenten: Afrikaanse wilde honden concurreren met andere roofdieren voor voedsel, waaronder leeuwen, luipaarden en hyena's. Ze worden soms ook gedood door deze roofdieren.
* parasieten en ziekten: Afrikaanse wilde honden zijn vatbaar voor een verscheidenheid aan parasieten en ziekten, waaronder hondsdolheid, distemper en schurft. Deze kunnen aanzienlijke sterfte veroorzaken, vooral bij jonge pups.
Abiotische factoren:
* klimaat: Afrikaanse wilde honden zijn aangepast aan het leven in warme, droge klimaten. Ze zijn te vinden in verschillende habitats, waaronder savannes, graslanden en bossen.
* terrein: Afrikaanse wilde honden geven de voorkeur aan open gebieden met kort gras of struikgewas. Ze vermijden gebieden met dichte vegetatie of hoog gras, waardoor het moeilijk is om te jagen.
* Water: Afrikaanse wilde honden hebben toegang tot water nodig om te overleven. Ze worden gevonden in de buurt van rivieren, meren of andere waterbronnen.